Als ouders krijgen we het gevoel er niet aan te kunnen ontsnappen. Het is van moeten. Het wordt haast een competitie om het ideale kind op te voeden. We willen dat onze kinderen van jongs af meelopen in de wedstrijd die het leven is.
Kruipt ze al? Is hij al droog 's nachts?
Waar dat allemaal écht over gaat? Het gaat over sluimerende idealen. Over zoveel mogelijk leren bijvoorbeeld. Educatieve spelletjes, TV-programma's als Dora of bepaalde visies - bijvoorbeeld van scholen - maken dit een logische keuze die je als ouder wel moét maken.
‘Wat is de mediaan van de klas?’, vraagt mijn papa me nadat ik hem een 7 op 10 op rekenen toon.
Schoolstress, werkstress
Een mama vertelt ons na een lezing dat haar kind in de vakantie zovéél mogelijk oefeningen online moest maken. Want 'dat heeft de juf gezegd'. Kinderen die dit niet deden, werden hierop aangesproken. In de klasgroep.
Maar… het zo verstandig mogelijk willen maken van onze kinderen heeft tot effect dat de jongens en meisjes stress ervaren. Stress zorgt ervoor dat kinderen geen plaats meer hebben voor andere zaken zoals ontspanning. Stress zorgt ervoor dat kinderen sneller depressies en angsten ontwikkelen. Dat bevestigen hersenspecialisten. Maar vooral zorgt stress ervoor dat een kind geen kind kan zijn.
Eén op drie ouders laat hun kind geen huiswerk met fouten afgeven, dat blijkt uit onze huiswerkbevraging. 66% van de ouders meent dat huiswerk in de lagere school stress oplevert in het gezin, maar ook spanningen bij het kind zelf.
Alarm
We horen steeds meer alarmerende berichten. Over de psychische gezondheid van onze kinderen. Tegelijkertijd willen we dat onze kinderen voldoen aan het gemiddelde, of er misschien zelfs bovenuit springen. Laat staan dat we willen dat ze niet voldoen aan de norm.
Dat maakt ons bezorgd.
Daarnaast zien we zoveel krachtige voorbeelden. Van ouders en leerkrachten, die dag in dag uit inspanningen doen om kinderen in alle maten en gewichten te begeleiden in hun ontwikkelingsproces. Om te zoeken naar antwoorden.
Dat stelt ons gerust.
Laten we samen gaan:
voor een opvoeding die niet gericht is op moeten
voor tieners die applaus verdienen omdat ze soms best lastig kunnen zijn (en dus hun ontwikkelingstaak perfect uitvoeren)
voor het verminderen van druk op onze kinderen
voor zachtheid. Voor onszelf als ‘goed-genoeg-ouders’. Voor de kinderen door te proberen de druk die de maatschappij ons oplegt niet te projecteren op hen.
Laten we gaan voor realistische verwachtingen dus naar jezelf als ouder én naar je kind. Want élk kind loopt zijn eigen traject op zijn eigen tempo en is daarom niet meer of minder dan een ander kind.
Laten we gaan voor dat wat kinderen nodig hebben voor een opvoeding die minder gericht is op moeten & méér op gelukkig zijn en genieten.
Waar wil jij voor gaan?
Wat wil je worden, vroeg de juf, ‘t was in de derde klas
ik keek haar aan en wist het niet
‘k dacht dat ik al iets was.’
Toon Hermans