De opvoeding die ouders hun kind geven is het meest bepalend voor het gedrag dat kinderen in het opgroeien zullen vertonen. We geven een aantal tips die betrokkenen bij de opvoeding kunnen nastreven om de opvoeding van de kinderen vlot(ter) te laten verlopen:
Wees betrokken.
Geloof oprecht in je kind en laat dit ook zien. Toon belangstelling & interesse voor de zaken die je kind bezig houden.
Hou het overzicht.
Monitoring is een ouderlijke vaardigheid die gaat over weten waarmee de jongeren zich bezighouden, met welke andere jongeren ze zich ophouden en waar ze zich bevinden. Positieve betrokkenheid is hier al het halve werk.
Bekrachtig wanneer nodig.
Geef je kind een compliment voor wat het goed doet. Geef niet zomaar complimenten voor het kind, maar richt ze op gedrag. Dat werkt aanmoedigend, omdat je toont dat je het gewenst gedrag van je kind hebt opgemerkt.
Geef leiding en wees consequent.
Leiding geven, duidelijke grenzen stellen en ook disciplineren naar je kind wanneer nodig gaat over het consequent toepassen van regels en afspraken die werden gemaakt. Je leert als ouder je kind dat je steeds op dezelfde wijze reageert. Hierdoor geef je aan je kind duidelijkheid, structuur & veiligheid.
Leer kinderen problemen zélf oplossen.
Kinderen komen problemen tegen. Als opvoedingsfiguur kan je hen hierop voorbereiden en hierin sterken. Kinderen die problemen zelf kunnen oplossen, groeien naar zelfstandigheid, groeien in zelfvertrouwen. Toon daarom hoe problemen stap voor stap (en systematisch) kunnen worden aangevat. Geloof in de verantwoordelijkheid die je geeft aan je kind.